Je denkt bij onveilig wonen misschien aan afgelegen huizen aan de rand van het land. Maar de afgelopen jaren kwamen juist Amsterdamse studentencomplexen en studio’s in het nieuws vanwege inbraken en insluipingen. Bewoners voelen zich onveilig en slapen met de deur op slot en een stoel ertegenaan.
Uit cijfers van de gemeente blijkt dat het aantal woninginbraken in Amsterdam de afgelopen tien jaar wel is gedaald, maar de impact voor bewoners nog steeds groot is. Zie bijvoorbeeld het overzicht op onderzoek.amsterdam.nl.
In dit artikel zoomen we in op studentenkamers en studio’s in Amsterdam. Waarom zijn die zo populair bij inbrekers? Welke zwakke plekken zien we in de praktijk? Wat moet je verhuurder regelen? En wat kun jij zelf vandaag nog verbeteren – ook als je “maar huurt”.
Waarom juist studentenkamers en studio’s aantrekkelijk zijn
Bij studenten en young professionals in Amsterdam zien we steeds dezelfde factoren terug:
- Veel laptops, telefoons en andere waardevolle gadgets op een klein oppervlak
- Onregelmatige werktijden en college-roosters: kamers staan vaak lang leeg
- Veel wisseling van bewoners in gedeelde panden
- Anonimiteit in de stad: buren kennen elkaar minder goed
Rond studentencomplexen in het centrum, bijvoorbeeld langs de grachten, kwamen de laatste jaren meerdere inbraken en pogingen tot inbraak in het nieuws. Bewoners gaven in interviews aan zich onveilig te voelen in hun eigen huis. (Zie o.a. berichtgeving op Folia over onveilige studentencomplexen in Amsterdam.)
Kort samengevat: studentenwoningen zijn interessant voor inbrekers. De combinatie van veel waardevolle spullen en relatief zwakke beveiliging maakt het voor hen aantrekkelijk.
Zwakke plekken in Amsterdamse studentenwoningen

Niet alleen jouw eigen kamerdeur bepaalt hoe veilig je woont. Juist de gezamenlijke toegangspunten zijn vaak het zwakke schakeltje.
1. Portiekdeuren en centrale entrees
In veel Amsterdamse panden met kamers of studio’s zien we:
- Een portiekdeur die niet goed in het slot valt
- Geen deurdranger, waardoor de deur op een kier blijft staan
- Een ouderwets slot dat eenvoudig te “flipperen” is met een pasje
- Ramen in of naast de deur zonder extra beveiliging
Zodra iemand de portiek of centrale hal binnen is, is de stap naar jouw voordeur klein. Inbrekers lopen dan gewoon langs meerdere verdiepingen en proberen waar ze makkelijk binnenkomen.
Wat kun je doen?
- Spreek met huisgenoten af dat de deur altijd goed wordt dichtgetrokken
- Meld bij de verhuurder als de deur niet goed sluit of makkelijk te openen is
- Laat geen onbekenden zomaar binnen “omdat ze zeggen dat ze hun sleutel zijn vergeten”
De gemeente benadrukt in haar voorlichtingsmateriaal over woninginbraak hetzelfde: een goed sluitende portiekdeur is een eerste verdedigingslinie.
2. Balkon- en galerijdeuren
Inbrekers focussen zich allang niet meer alleen op de voordeur. Zeker in Amsterdam geldt:
- Balkons liggen regelmatig dicht op elkaar
- Regenpijpen, uitbouwen en schuurtjes maken klimmen eenvoudig
- Galerijdeuren hebben vaak lichte sloten of alleen een kruk
Veel balkon- of galerijdeuren zijn niet voorzien van inbraakwerend hang- en sluitwerk. Zonder SKG-gecertificeerd slot en stevig beslag is een schroevendraaier soms al genoeg.
3. Gedeelde sleutels en oud-huisgenoten
In studentenhuizen en studioverzamelpanden raken sleutels gemakkelijk “in omloop”:
- Oud-huisgenoten die hun sleutel nooit hebben ingeleverd
- Ex-partners of logees die nog een kopie hebben
- Schoonmakers of klusjesdiensten met een algemene sleutel
- Sleutels die tijdelijk worden uitgeleend en daarna niet worden teruggevraagd
Zonder goed sleutelbeheer weet je eigenlijk niet meer wie er allemaal naar binnen kan. Dat maakt insluiping en inbraak zonder braaksporen een reëel risico.
4. Bergingen, kelderboxen en gezamenlijke ruimtes
Inbrekers beginnen vaker dan je denkt in de kelder of berging:
- Fietsen, gereedschap en dozen met spullen zijn makkelijke buit
- Via bergingsgangen is soms toegang tot binnentuinen of achterdeuren
Zijn de deuren naar bergingen of binnentuinen slecht afgesloten, dan kan iemand alsnog eenvoudig via de achterzijde jouw balkon- of achterdeur bereiken.
Wat je verhuurder móét regelen
Belangrijk om te weten: veiligheid is niet alleen jouw verantwoordelijkheid. Verhuurders hebben in Nederland duidelijke verplichtingen.
Basisveiligheid en onderhoud
Volgens de Rijksoverheid moet een verhuurder zorgen voor een woning die veilig en bewoonbaar is. Daaronder vallen onder andere:
- Goed sluitende deuren en ramen
- Deugdelijk basis-hang- en sluitwerk op buitendeuren
- Het herstellen van gebreken aan sloten en kozijnen die niet door normale slijtage te verklaren zijn
Groot onderhoud en structurele gebreken zijn in principe voor de verhuurder. Klein dagelijks onderhoud (bijvoorbeeld een beetje olie in het slot) is meestal voor de huurder. Maar: als jouw portiekdeur niet sluit of jouw kamerdeur niet op slot kan, dan is dat een serieus veiligheidsprobleem dat de verhuurder hoort op te lossen.
Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW)
Het Politiekeurmerk Veilig Wonen geeft richtlijnen voor woningen die goed tegen inbraak zijn beveiligd. Een woning die aan PKVW-eisen voldoet, heeft onder andere:
- Inbraakwerend hang- en sluitwerk (minimaal SKG** of SKG***)
- Goede verlichting en zicht bij entrees
- Bouwkundige maatregelen die een inbraak minimaal drie minuten vertragen
Veel woningcorporaties en professionele verhuurders gebruiken deze normen als basisniveau voor hun bezit. Het is dan ook heel redelijk om bij je verhuurder te vragen om hang- en sluitwerk dat minimaal aan deze eisen voldoet.
Wet goed verhuurderschap
Sinds de invoering van de Wet goed verhuurderschap zijn de regels voor verhuurders verder aangescherpt. Ze mogen je niet intimideren als je klaagt over de staat of veiligheid van de woning en moeten zich houden aan duidelijke gedragsregels.
Blijft jouw verhuurder niets doen aan een onveilige situatie? Dan kun je je laten adviseren door een huurteam, juridisch loket of studentenbond.
Wat jij zelf vandaag al kunt verbeteren
Goed nieuws: ook zonder grote verbouwing kun je veel doen om je kamer veiliger te maken.
1. Slimmer sluiten: kleine gewoontes, groot effect
- Draai de voordeur altijd op het nachtslot, ook als je maar even weg bent
- Doe ramen dicht als je de kamer verlaat, zeker aan straatzijde, galerij of balkon
- Leg laptop, tablet en andere waardevolle spullen uit het zicht
- Controleer of de portiekdeur echt dichtvalt als je binnenkomt of weggaat
Deze basismaatregelen komen ook terug in de inbraakpreventietips van de gemeente Amsterdam en de landelijke politie. Het klinkt simpel, maar veel inbraken gebeuren nog steeds via een deur of raam dat niet (goed) is afgesloten.
2. Extra sloten die vaak wél mogen
Veel verhuurders vinden het goed als je reversibele beveiliging plaatst, zolang je geen grote schade aanbrengt. Denk bijvoorbeeld aan:
- Raamsloten op draaikiepramen
- Een kierstandhouder op je voordeur of balkon-/galerijdeur
- Een extra bijzetslot op een dunne kamerdeur
- Een secustrip om het “flipperen” van de deur tegen te gaan (in overleg)
Vraag wel altijd schriftelijk toestemming aan je verhuurder. Spreek eventueel af dat je de situatie bij vertrek weer terugbrengt in de oorspronkelijke staat.
Op Locksmith.nl vind je meer uitleg over het verschil tussen standaard sloten en hoogwaardig inbraakwerend hang- en sluitwerk. Lees bijvoorbeeld ons artikel over slimme sloten versus SKG*** cilinders.
3. Afspraken over sleutelbeheer
Maak binnen je huis of complex duidelijke afspraken over sleutels:
- Wie heeft welke sleutels tot welke deuren?
- Worden sleutels van vertrekkende huisgenoten direct ingenomen?
- Worden verloren sleutels meteen gemeld bij de verhuurder of beheerder?
- Worden cilinders vervangen na verlies of diefstal van een sleutel?
Gebruik geen sleutelverstopplekken zoals onder de deurmat of in de meterkast. En hang geen sleutelhanger aan je sleutelbos met je volledige adres erop. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar in de praktijk gaat het hier vaak mis.
Checklist: hoe inbraakgevoelig is jouw studentenkamer?
Loop deze snelle checklist eens langs:
- [ ] De portiek- of centrale voordeur valt goed in het slot en is niet eenvoudig te flipperen
- [ ] Mijn kamerdeur kan volledig op slot (niet alleen “dichttrekken”)
- [ ] Bereikbare ramen hebben een werkend raam- of bijzetslot
- [ ] De balkon- of galerijdeur heeft serieus hang- en sluitwerk
- [ ] Ik weet precies wie er allemaal een sleutel van huis en kamer heeft
- [ ] Er zijn geen sleutels meer in omloop van oud-huisgenoten of exen
- [ ] Er wordt zorgvuldig omgegaan met verloren of gestolen sleutels
- [ ] De berging/kelderbox is afgesloten en er staan geen dure spullen los
Vink je meerdere vakjes níet aan? Dan is de kans groot dat je woning aantrekkelijker is voor inbrekers dan je zou willen.
Advies op locatie: inbraakpreventie voor studenten in Amsterdam
Twijfel je of jouw kamer of studio voldoende beveiligd is? Dan is een korte veiligheidscheck op locatie vaak heel verhelderend. Een erkende slotenmaker kijkt onder andere naar:
- De staat van sloten op deuren en ramen
- De beveiliging van portiekdeuren en gezamenlijke entrees
- Balkon- en galerijdeuren en andere bereikbare zwakke plekken
- Sleutelbeheer binnen huis of complex
Via Locksmith.nl kun je eenvoudig inbraakpreventie-advies op locatie in Amsterdam aanvragen. We denken met je mee over wat je verhuurder minimaal moet regelen en welke oplossingen jij zelf kunt laten plaatsen.
Wil je direct overleggen over de veiligheid van jouw studentenkamer? Neem dan contact op via onze contactpagina en beschrijf kort je situatie. Samen zorgen we ervoor dat jouw studentenkamer of studio in Amsterdam een stuk minder interessant wordt voor inbrekers.
Meer lezen over sloten en slotenmakers
Heb je algemene vragen over slotenmakers, tarieven of werkwijze?
Bekijk dan ook onze
FAQ over slotenmakers
. Wil je meer weten over vaktermen zoals SKG, meerpuntssluiting of
cilinderslot? Neem dan een kijkje in onze
kennisbank met slotenmaker-termen
.
Veelgestelde vragen over inbraken in studentenkamers
Waarom wordt er zoveel ingebroken in studentenkamers in Amsterdam?
Studentenkamers en studio’s in Amsterdam zijn aantrekkelijk voor inbrekers omdat er
veel waardevolle spullen op een klein oppervlak liggen, bewoners onregelmatige tijden hebben
en gezamenlijke entrees en sleutels vaak minder goed zijn beveiligd dan bij reguliere woningen.
Wat zijn de grootste zwakke plekken in een studentenhuis?
De grootste zwakke plekken zijn meestal slecht sluitende portiekdeuren, balkon- en
galerijdeuren zonder inbraakwerend hang- en sluitwerk, ramen die open blijven staan en
een chaotisch sleutelbeheer waarbij oud-huisgenoten of derden nog sleutels in bezit hebben.
Wat moet mijn verhuurder minimaal regelen op het gebied van veiligheid?
Je verhuurder moet zorgen voor een veilige en bewoonbare woning. Dat betekent onder
andere goed sluitende deuren en ramen, deugdelijk hang- en sluitwerk op buitendeuren
en het herstellen van gebreken aan sloten en kozijnen. Veel verhuurders hanteren daarbij
de richtlijnen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen als uitgangspunt.
Wat kan ik zelf direct doen om mijn studentenkamer beter te beveiligen?
Je kunt direct beginnen met het consequent op slot draaien van deuren, het sluiten van
ramen als je weg bent, het uit het zicht leggen van waardevolle spullen en het maken van
duidelijke afspraken over sleutels met je huisgenoten. In veel gevallen kun je daarnaast
met toestemming van de verhuurder extra raamsloten, een kierstandhouder of een bijzetslot
laten plaatsen.
Mag ik als huurder zelf extra sloten laten plaatsen?
In veel gevallen mag je als huurder extra beveiliging laten plaatsen, zolang het gaat om
reversibele oplossingen en je dit vooraf afstemt met je verhuurder. Vraag altijd schriftelijk
toestemming en spreek af wat er met de extra beveiliging gebeurt bij het einde van de huur.
{
“@context”: “https://schema.org”,
“@type”: “FAQPage”,
“mainEntity”: [
{
“@type”: “Question”,
“name”: “Waarom wordt er zoveel ingebroken in studentenkamers in Amsterdam?”,
“acceptedAnswer”: {
“@type”: “Answer”,
“text”: “Studentenkamers en studio’s in Amsterdam zijn aantrekkelijk voor inbrekers omdat er veel waardevolle spullen op een klein oppervlak liggen, bewoners onregelmatige tijden hebben en gezamenlijke entrees en sleutels vaak minder goed zijn beveiligd dan bij reguliere woningen.”
}
},
{
“@type”: “Question”,
“name”: “Wat zijn de grootste zwakke plekken in een studentenhuis?”,
“acceptedAnswer”: {
“@type”: “Answer”,
“text”: “De grootste zwakke plekken zijn meestal slecht sluitende portiekdeuren, balkon- en galerijdeuren zonder inbraakwerend hang- en sluitwerk, ramen die open blijven staan en een chaotisch sleutelbeheer waarbij oud-huisgenoten of derden nog sleutels in bezit hebben.”
}
},
{
“@type”: “Question”,
“name”: “Wat moet mijn verhuurder minimaal regelen op het gebied van veiligheid?”,
“acceptedAnswer”: {
“@type”: “Answer”,
“text”: “Je verhuurder moet zorgen voor een veilige en bewoonbare woning. Dat betekent onder andere goed sluitende deuren en ramen, deugdelijk hang- en sluitwerk op buitendeuren en het herstellen van gebreken aan sloten en kozijnen. Veel verhuurders hanteren daarbij de richtlijnen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen als uitgangspunt.”
}
},
{
“@type”: “Question”,
“name”: “Wat kan ik zelf direct doen om mijn studentenkamer beter te beveiligen?”,
“acceptedAnswer”: {
“@type”: “Answer”,
“text”: “Je kunt direct beginnen met het consequent op slot draaien van deuren, het sluiten van ramen als je weg bent, het uit het zicht leggen van waardevolle spullen en het maken van duidelijke afspraken over sleutels met je huisgenoten. In veel gevallen kun je daarnaast met toestemming van de verhuurder extra raamsloten, een kierstandhouder of een bijzetslot laten plaatsen.”
}
},
{
“@type”: “Question”,
“name”: “Mag ik als huurder zelf extra sloten laten plaatsen?”,
“acceptedAnswer”: {
“@type”: “Answer”,
“text”: “In veel gevallen mag je als huurder extra beveiliging laten plaatsen, zolang het gaat om reversibele oplossingen en je dit vooraf afstemt met je verhuurder. Vraag altijd schriftelijk toestemming en spreek af wat er met de extra beveiliging gebeurt bij het einde van de huur.”
}
}
]
}


